Adelphobates quinquevittatus (Steindachner 1864)
Kleinere Adelphobates soort van 15 tot 20mm. De rug is zwart gekleurd met vijf witte strakke lijnen. Twee lijnen volgen de omtrek van de rug en fuseren op de neus van de kikkers. Een derde streep loopt parallel in het midden van de rug tot aan de onderkant van de rug. De laatste twee lijnen lopen op de flanken. De poten zijn oranje bruin van kleur met kleine zwarte stippen. Op de aanzet van de achterpoten is op het dijbeen een heldere oranje flashmark aanwezig. De buikzijde is wit met kleine zwarte stippen.
Geografische variatie:
Er is weinig variatie in tekening zowel tussen als binnen populaties. De poten variëren iets in de helderheid van het oranje en de witte lijnen kunnen een blauwe, gele of groene waas bevatten.
Roep: zachte buzz roep vergelijkbaar met die van A. ventrimaculatus
Verspreiding:
Bovenloop van de Rio Madeira in Rhodonia, Brazilië
Ecologie:
De kikkers zijn gebonden aan de bosbodem waar ze tussen het afgevallen blad rondscharrelen. In dit primaire regenwoud zijn veel palmen aanwezig. De legsels worden tussen het afgevallen blad gelegd en bevatten 1 tot 5 zwarte eieren. De kikkervissen worden door het mannetje op zijn rug vervoerd naar kleine poeltjes in zaaddozen van paranootbomen of palm schubbladen. In deze poeltjes worden ook A. castaneoticus larven gevonden. De kikkervissen zijn omnivoor en niet kannibalistisch.